Laos van zuid naar noord

We hebben jullie wat langer laten wachten op ons verslag van Laos, maar hier zijn we dan.

We hebben dus per boot de grens van Cambodia overgestoken en zijn aangekomen op SI PHAN DON, beter gekend als de 4000 eilanden. We kiezen er een paar kleine en rustige uit, waar je nog het best kan zien hoe het dagelijkse leven op een eiland eraan toe gaat. We overnachten in een hut op het eiland Don Det en van hieruit kunnen we per fiets naar het aangrensende eilandje Don Khon.
Heel veel valt er natuurlijk niet te zien op een eiland, maar dat is juist het leuke eraan. Enkel op Don Det is er er naast het dagelijkse leven ook een waterval te zien.
Na 2 dagen genieten van de rust verlaten we ons eilandje en gaan naar VIENTIANE de hoofdstad van Laos.

Vientiane is volgens ons één van de meest aangename en rustige hoofdsteden van Azië.
Naast gezellig rondkuieren in de stad en lekker eten, bezoeken we het Buddhapark en het meest belangrijke monument van Laos, een grote gouden stuppa.

Van VANG VIEN hadden we ons iets anders ingebeeld. Dit is tot nu toe de raarste stad die we tegen gekomen zijn. Iedereen is er zot van, maar wij vinden het een beetje een opgeblazen boel. De mensen komen naar hier om zich te bezatten en in de TV-bars naar de serie 'Friends' te kijken.
Wat wel leuk was, was de Tubing. Tubing is niets meer dan jezelf door middel van een grote binnenband van een traktor, de rivier laten afglijden. Het enige wat je moet doen is stoppen in 1 van de vele bars die langs de rivier liggen. Zo verandert tubing al snel in een kroegentocht.
Onze volgende uitstap was naar de 'Blue Lagoon'. We zagen al een volledig filmscenario voor ons, maar de Lagoon bleek meer een beekje te zijn.:-) Daar hebben we gezwommen en als een echte Tarzan en Jane slingerden we in het turcoise-blauwe water.

LUANG PRABANG is onze laatste stop in Laos en ook de mooiste. In plaats van een pubtocht maken we hier een tempeltocht door de stad. We bezoeken o.a. ook het koninklijk paleis, die nu het Nationale Museum van Laos is.
In Laos heb je nog bedelmonniken, die elke ochtend bij zonsopgang de trom
slaan en in lange rijen de buurt rondgaan om sticky rice op te halen. Wij mogen meegaan met de basin van ons hotelletje en kunnen op deze manier zelf rijst uitdelen aan de vele monniken. Het was leuk om dit ritueel te kunnen meemaken.
Voor de volgende dag hebben we een tour geboekt en gaan in de voormiddag met een bootje naar een grot die langs de Mekong rivier ligt. In de namiddag stoppen we langs een minderheidsdorpje en eindigen we met een waterval. De grot was niet echt ons ding, allemaal buddha's van mini naar 1m groot en dat was het. De waterval daarentegen was wel de moeite! Helemaal tot vanboven geklommen en van daaruit hadden we een prachtig uitzicht! Daarna konden we een duik nemen in het frisse water.

Met pijn in het hart nemen we afscheid van dit mooie land. Het was een plezier om hier te verblijven en we gaan de super vriendelijke mensen hier missen.

Groetjes
Tine en Saskia